Ontwerp, aanleg & Beheer
De POV gebiedseigen grond van het HWBP heeft kennis ontwikkelt en ontsloten, ook ten aanzien van de gewenste aanleg en ten aanzien van beheersaspecten. Dit is goed beschreven in het “Technisch Kader Toepassing Gebiedseigen Grond” van de POV_DGG Gebiedseigen grond. Er is daarbij ook gekeken naar de benodigde materiaaleisen en bestaande materiaaleisen in richtlijnen en normering.
Bij toepassing van gebiedseigen grond geldt idealiter een omgekeerd ontwerpproces, waarbij vanuit de gebiedseigen eigenschappen wordt ontworpen, zie Figuur 10.3. Daarbij wordt op basis van de samenstelling van de grond een uitspraak gedaan over het te verwachten gedrag van dit materiaal. Vervolgens wordt bepaald in welk dijkonderdeel het optimaal kan worden toegepast. Dit kan betekenen dat een ander dijkonderdeel anders wordt ontworpen. Zo komt men tot een integraal dijkontwerp.
Het toepassen van restprofielbenaderingen maakt het mogelijk om klassieke, hoogwaardige materialen met beperkte afmetingen uit te wisselen tegen minder hoogwaardige materialen met grotere dimensies. Vanuit waterveiligheid kan dit een zeer valide onderbouwing zijn, maar vanuit beheer mogelijk onwenselijk. De impact van het toepassen van restprofielbenaderingen op het (dagelijks) beheer en onderhoud van de dijk moet onderzocht worden. In dit onderzoek is afstemming tussen ontwerper en beheerder essentieel. De laatste jaren doen beheerders en onderzoekers steeds meer kennis op over het werkelijk gedrag en schade aan dijken. Het is raadzaam om deze kennis ook bij het formuleren van functionele eisen te betrekken. De juiste informatievoorziening vanuit de techniek naar omgeving, beheerder en toetser over de consequenties van een ontwerpkeuze zoals restprofielbenadering, is van groot belang om onzekerheden en terughoudendheid weg te nemen (POV-DGG (2022)).
Niet altijd zal een restprofielbenadering nodig zijn. Erosiebestendigheidsproeven (uitgevoerd sinds 2007) laten ook zien dat de sterkte van de grasbekleding zeer relevant is voor de sterkte van de waterkering. Daarnaast heeft de POV Gebiedseigen grond uitgebreid gekeken naar de materiaaleisen, hier is veel informatie van beschikbaar.
Beheer en onderhoud van de grasbekleding zal in de meeste gevallen niet anders zijn dan bij een meer traditionele dijk met van elders aangevoerde grond (zie ook handreiking grasbekleding.nl).
Het toepassen van gebiedseigen grond kan ook een bijdrage leveren aan het in stand houden of versterken van de lokale biodiversiteit (voorbeeld; vegetatie die gebonden is aan kalkrijke rivierklei). Het is daarom als NBS-maatregel extra interessant op moment toepassing van gebiedseigen grond wordt gecombineerd met ontwikkeling van de NBS bloem- en kruidenrijke dijk.